De gemeente en haar burgers worden regelmatig geconfronteerd met afvalstoffen die worden achtergelaten op niet-reglementaire wijze.
Het is noodzakelijk dat sluikstort zo vlug mogelijk verwijderd wordt, omdat dit past in een algemeen streven naar een nette en leefbare gemeente.
Het verwijderen en verwerken van deze achtergelaten afvalstoffen vergt extra inspanningen van de gemeentelijke diensten en/of het inzetten van een externe firma en gaat gepaard met extra kosten voor de gemeente.
Afvalstoffen op onrechtmatige wijze achtergelaten bij publieke afvalcontainers worden eveneens als sluikstort aanzien.
Deze kosten worden berekend en verhaald op de sluikstorter.
Bij elk GAS dossier rond sluikstorten wordt niet enkel de opgelegde GAS boete gefactureerd, maar wordt ook een retributie voor het opruimen toegevoegd.
Uit nieuwe inzichten en juridische uitspraken is gebleken dat in bepaalde gevallen de huidige werkwijze - waarbij een hoog feitelijk forfaitair basistarief wordt toegepast - in strijd is met het concept van een retributie.
Vanuit het Agentschap Binnenlands Bestuur werd er immers op gewezen dat de aan te rekenen retributie louter kostendekkend mag zijn.
Daarbij wordt o.a. rekening gehouden met:
Daarnaast komt het huidige minimumtarief van 350 euro voor de burger niet billijk over wanneer het om heel beperkte en soms onbewust sluikstorten gaat. Uit diverse GASdossiers van de Provinciaal sanctionerend ambtenaar blijkt ook dat een differentiatie in de toepassing van de retributie op het ambtshalve opruimen van sluikstorten aangewezen is.
Een aanpassing van het retributiereglement van 23 december 2019 is dan ook nodig omdat de retributie op het opruimen van sluikstorten dient te worden gebaseerd op de werkelijke administratieve en technische kost.
De werkelijke kost zal bepaald worden op basis van de tarieven voorzien in het retributiereglement van 19 december 2022 op ambtshalve en/of noodzakelijke tussenkomsten van de gemeentelijke diensten. Het tarief van de dossierkosten zal niet aangerekend worden in combinatie met een GAS boete of een andere bestuurlijke of strafrechtelijke sanctie.
Bij sluikstorten vanaf 15 kg of wanneer het om klein en gevaarlijk afval gaat zullen de effectieve verwerkingskosten worden doorgerekend.
De milieuraad gaf op 12 oktober 2022 een positief advies voor de aanpassing van het geldende retributiereglement van 23 december 2019.
Het is aangewezen om het gemeenteraadsbesluit van 23 december 2019 betreffende het aannemen van een retributiereglement op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente op te heffen vanaf 1 januari 2023.
De ontvangsten en uitgaven van de gemeente moeten in evenwicht gehouden worden. Het hernieuwen van deze retributie is budgettair noodzakelijk.
De artikelen 41 en 162 van de Grondwet.
De artikelen 40, 41, 286, 287, 288, 326 tot en met 341 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
De artikelen 1, 2 en 3 van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM).
Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet) met latere wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), met latere wijzigingen.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit.
Het Algemeen Politiereglement van de gemeenten van de politiezone Vlaamse Ardennen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 10 mei 2021 (en latere wijzigingen).
Het gemeenteraadsbesluit van 23 december 2019 betreffende het aannemen van een retributiereglement op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente voor een termijn eindigend op 31 december 2025.
Het gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 betreffende het aannemen van een retributiereglement op ambtshalve en/of noodzakelijke tussenkomsten van de gemeentelijke diensten voor een termijn beginnend op 1 januari 2023 en eindigend op 31 december 2025.
Het advies van de milieuraad van 12 oktober 2022.
Artikel 1:
Het gemeenteraadsbesluit van 23 december 2019 betreffende het aannemen van een retributieverordening op ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente wordt met ingang van 1 januari 2023 opgeheven.
Artikel 2:
Er wordt een retributie geheven op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente voor een termijn beginnend op 1 januari 2023 en eindigend op 31 december 2025.
Artikel 3:
Het bedrag van de retributie op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door de gemeente wordt gebaseerd op de werkelijke administratieve en technische kost. De werkelijke kostprijs zal bepaald worden op basis van de tarieven voorzien in het retributiereglement van 19 december 2022 op ambtshalve en/of noodzakelijke tussenkomsten van de gemeentelijke diensten.
Bij sluikstorten vanaf 15 kg of wanneer het om klein en gevaarlijk afval gaat worden de verwerkingskosten aangerekend tegen de kostprijs.
In geval van verwijdering en/of verwerking door een externe firma op verzoek van de gemeente gebeurt de aanrekening aan de werkelijke kostprijs volgens de factuur van de externe firma.
Artikel 4:
De retributie is verschuldigd door de persoon die afvalstoffen achterlaat, opslaat of stort op de openbare en private wegen, plaatsen en terreinen op een wijze die niet overeenstemt met het decreet van 23 december 2011 (en alle latere wijzigingen) betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.
Indien er meerdere daders zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de retributie.
Artikel 5:
De retributie wordt betaald na voorlegging van de factuur door de gemeente.
Artikel 6:
Bij gebrek aan betaling in der minne, wordt het niet betwiste gedeelte van de retributie ingevorderd overeenkomstig de bepalingen van art. 177 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017. Het betwiste gedeelte van de retributie wordt ingevorderd overeenkomstig de regels van de burgerlijke rechtspleging.
Artikel 7:
Overeenkomstig de artikelen 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur zal deze beslissing worden afgekondigd en bekendgemaakt.
Artikel 8:
Overeenkomstig artikel 330 van het decreet lokaal bestuur brengt de gemeenteoverheid de toezichthoudende overheid op de hoogte van de bekendmaking op de webtoepassing.